Columnportret Emmanuel NaaijkensEen leerling – genaamd John – die een opleiding als metselaar volgde, stuurde eens sms-bericht naar zijn leermeester op de bouw. Hij moest naar de dokter en liet dat netjes aan zijn begeleider weten. Want dat had hij geleerd op school: communiceer goed met je baas, met je collega’s, met je klanten. Het bericht luidde: ‘Ben naar de dokter. CU ASAP YoYo’

Vanwege dat doktersbezoek arriveerde hij een uur later dan normaal op de bouwplaats. Daar wachtte hem een koude douche. Hij kreeg een geweldige uitbrander van zijn leermeester dat hij een uur te laat was. “Waarom heb je verdomme niks laten weten”, hield hij de beteuterde leerling voor. ‘Maar ik heb toch een sms-je gestuurd?’, antwoordde de leerling. ‘Oooh. Is dat rare bericht van jou?’
De leermeester had de tekst niet begrepen. CU ASAP, vertaling: See you, As Soon As Possible. YoYo was de nickname van de leerling.

De oplettende lezer van deze blog zal het zijn opgevallen. Dat bericht hierboven is al een paar jaar oud. Want sms’sen doet de jeugd al niet meer. Jongeren communiceren nu via WhatsApp, Messenger (Facebook), Snapchat, Twitter of een ander sociale medium. En wie weet wat er morgen en overmorgen favoriet is.

Dit eenvoudige voorbeeld van die jonge metselaar illustreert dat de informatievoorziening en communicatie radicaal aan het veranderen is. En als we de geleerden mogen geloven is het eind van de omwenteling nog niet in zicht. Maar niet iedereen is daar happy mee. De nieuwe, virtuele wereld leidt tot misverstanden, onzekerheid, onbegrip en zelfs afkeer.

Nu is het op zich niet nieuw dat de introductie van nieuwe technologieën weerstand en angst oproept. Nieuwe uitvindingen hebben niet zelden een ingrijpende invloed op het leven van alledag en meer algemeen, op de bestaande orde. Zie de boekdrukkunst, de stoommachine (arbeiders vernielden, zelfs in het brave Tilburg, machines), elektriciteit, de rotatiepers (waardoor voor het eerst in grote aantallen kranten gedrukt konden worden), de bioscoopfilm, de radio, de televisie, en vanaf de jaren zestig de computer.

Als je oude kranten leest dan kom je in elk decennium verzuchtingen tegen dat het leven in een steeds hogere versnelling gaat en dat de moderne maatschappij zo complex is. In al die periodes happen de ouderen collectief naar adem, we hebben het gevoel dat we het niet meer bij kunnen benen. Kortom, niets nieuws onder de zon.

Dus wen er maar aan, de sociale media gaan nooit meer weg.